De Mokbaai dankt haar naam aan een diepe geul midden in de baai: de Mok.
Deze geul staat in directe verbinding met het Marsdiep. De Mokbaai is uniek vanwege de aanwezigheid van kwelders; stukken land die direct, dus zonder een dijk of een rij duinen, aan zee grenzen. Bij een hoge waterstand (vloed) worden ze overspoeld met zout zeewater. Doordat er alleen planten groeien die bestand zijn tegen het hoge zoutgehalte in de bodem is een zeldzaam
natuurgebied ontstaan. Bij eb scharrelen er duizenden vogels rond, waaronder steltlopers, tureluurs, lepelaars, zilvermeeuwen, aalscholvers en grauwe ganzen. In de 18e eeuw was De Mok een verzamelplaats van schepen wachtend op een gunstige wind naar het verre Oosten.
