Het weer moet wel uitzonderlijk slecht zijn, wil de vaste ploeg vrijwilligers hun maandelijkse zaterdag in de duinen van Schiermonnikoog overslaan. “De eerste keer dat ze weer aan het werk konden na de lockdown, was het bijvoorbeeld echt “snertweer”, herinnert Enny Beverdam zich. Toch gingen ze fanatiek aan de slag. “Het is lekker om even de handen uit de mouwen te kunnen steken. We merkten dat we het echt misten.”
Zo’n vijftien jaar geleden konden Enny Beverdam en haar man een huisje kopen op Schiermonnikoog. In een krantje lazen ze een oproep van Natuurmonumenten voor vrijwilligers. Ze besloten zich aan te melden. “We vinden het heel fijn hier op het eiland. We wilden helpen het zo fijn te houden.” Een keer per maand maken de vrijwilligers de duinen vrij van begroeiing die zeldzame soorten overgroeit. Echt buitenwerk waarbij je “je kop even lekker kunt leegwaaien."
Heel zwaar is het volgens Enny Beverdam niet. “Je moet wel een schop in de grond kunnen steken, maar eigenlijk kan iedereen het doen.” De leeftijd in de vaste ploeg van acht vrijwilligers varieert van 55 tot 80+. Bezoekers zijn van harte welkom om te komen helpen. De belangstelling wisselt. Soms zijn er maar vier gasten en soms tien. Dat is het maximum. “Af en toe doen er ook kinderen mee. Die combinatie van jong en oud, is altijd mooi.”
Ook de aanwezigheid van de boswachter geeft het werk voor Enny Beverdam iets extra’s. “De uitleg over wat je doet en voor welke rode lijst soorten, leer je nog beter naar de natuur kijken. En als je dan ziet dat de plantjes waarvoor je het doet op bepaalde stukjes echt terugkomen, dan is dat helemaal superleuk. Dat maakt het werk bijzonder.”
“ We vinden het heel fijn hier op het eiland. We wilden helpen het zo fijn te houden ”