Madeliefjes, paardenbloemen, brandnetels… Je hebt het misschien niet in de gaten, maar naast dat het bekende onkruiden zijn, zijn de bloeiers en blaadjes ook prima ingrediënten in een salade, thee of goede sandwich. En nu willen we niet gelijk zeggen dat je je eigen tuin kaal kunt eten, maar je kunt wel leren wát er te eten is. Bijvoorbeeld tijdens een workshop thee maken of buiten koken in de bijzondere eilandtuin van Conradine de Reus (60) op Texel. Het liefst in het voor- of najaar, wanneer er nieuw spul ontkiemt of er juist rijpe vruchten te vinden zijn.
Conradine heeft een lange geschiedenis als hovenier en tuinontwerpster. Samen met man en mede-expert Siem (58) heeft ze een eetbare natuurtuin ontwikkeld waar ze mensen leert dat iets wat lekker is, helemaal niet van ver hoeft te komen. Als je maar weet wat je ermee kunt. “Iedere dinsdag en donderdag laten we mensen zien wat er te maken is met onkruid. Ik geef dan een tour door de tuin en laat zien welke eetbare planten we hier hebben. Vervolgens gaan de mensen met een receptenkaart en een mandje de tuin in om zelf de ingrediënten voor de lunch te verzamelen.”
Als alles geplukt en verzameld is, wordt het eten door de mensen zelf klaargemaakt. Buiten, in de frisse lucht. Je bent tenslotte niet op een eiland om binnen te zitten. “En zo kan iedereen gelijk proeven wat ze geleerd en ontdekt hebben. Soms zijn dat inderdaad eetbare bloemen, maar er zijn ook lekkere kruiden te vinden. Komkommerkruid, weegbree, kamille, kaasjeskruid… Van de hondsdraf maken we samen kruidenboter en we gebruiken duizendblad en zevenblad in de pesto.”
De tuin waar al dat lekkers te plukken is, is een hectare eilandgrond dat al lang in de familie zit. “We konden het een paar jaar geleden kopen van Siems vader, dus Siem kent het stukje land als zijn broekzak”, vertelt ze trots. Ondanks het winderige gebied, zoals je dat vaker tegenkomt op de eilanden, is het toch heel beschut. “Het is omringd door oude bomen en dat maakt het ook een intieme en knusse plek om te zijn.”
De eetbare natuurtuin groeit langzaam vol met vakken lekkers, gescheiden door brede graspaden. Allemaal bedoeld om de bezoekers te laten zien hoeveel eetbaars er om ons heen te vinden is. En dat vinden begint bij goed kijken. “Wildplukken vraagt heel erg om een andere manier van kijken, je kunt het niet zomaar overal doen. Er is immers niemand die in de natuur een labeltje aan de planten hangt, dus je moet weten wat je waar kunt vinden en wat je ermee kunt doen.”